De klimaattop COP26 in Glasgow was een teleurstelling: met de afspraken die er nu zijn gemaakt lukt het niet om een leefbare wereld te behouden. Dit is onvergeeflijk. Ook wordt er te weinig geld beschikbaar gesteld aan landen die nu al geraakt worden door de gevolgen van de klimaatcrisis, terwijl deze landen er amper aan hebben bijgedragen.

Een sprankje hoop

Toch is er ook goed nieuws. Voor het eerst in de geschiedenis van deze klimaatconferenties wordt er erkend dat we een einde moeten maken aan fossiele brandstoffen. Nooit eerder werden fossiele brandstoffen als veroorzaker van de klimaatcrisis benoemd. Bijna alle landen zijn het erover eens dat we de kolenproductie moeten afbouwen. Er is ook afgesproken dat “inefficiënte” fossiele subsidies worden uitgefaseerd. Dit is een grote overwinning, en een rechtstreeks resultaat van onze wereldwijde klimaatbeweging.

En onder andere dankzij de druk van de ruim 40.000 mensen die in de Klimaatmars meeliepen heeft Nederland zich aangesloten bij een groeiende groep landen die buitenlandse fossiele investeringen gaan stoppen. Hier hebben onze partners jarenlang voor gevochten, en dat dit nu stopt is een grote doorbraak.

Het slechte nieuws

Helaas is het nog niet gelukt om Nederland te laten aansluiten bij de coalitie van landen als Denemarken, Frankrijk en Costa Rica die hebben afgesproken de olie- en gasproductie af te bouwen. Wel inzien dat investeringen in het buitenland moeten stoppen, maar niet naar het eigen land kijken is onbegrijpelijk. Zeker als rijk land heeft Nederland een grote verantwoordelijk om een einddatum op de gasproductie te zetten.

Financiële instellingen kunnen nu niet achterblijven

De stappen die zijn gezet op de COP zijn verreweg niet voldoende, maar ze betekenen wél dat we een voet in de deur hebben. Nu zelfs onze leiders erkennen dat het einde van kolen, olie en gas nabij is, wordt het steeds onbegrijpelijker als pensioenfondsen als PFZW en banken blijven investeren in nieuwe fossiele projecten. De business case voor fossiel wordt kleiner en kleiner, en ook moreel komen financiële instellingen niet langer weg met hun investeringen in nieuwe fossiele projecten.   

Het is belangrijk dat we steeds luider van ons laten horen en de straat op blijven gaan. We zullen blijven vechten voor onze toekomst en voor klimaatrechtvaardigheid. Want verandering – die zo hard nodig is – komt niet van onze politieke leiders, maar van ons.

FacebookTwitter